Op weg naar huis
Woensdag 23 februari 2022 We verlaten Spanje.
Voordat we Spanje verlaten gaan we Jaca nog bekijken. We vinden een goede parkeerplek op de camperparking en klimmen omhoog naar het historisch centrum. Mooie straatjes, veel winkeltjes, een grote kathedraal en een 16e eeuwse stervormige citadel. Het fort wordt nog steeds door het leger gebruikt. We gaan nog een keer âgoedkoopâ tanken en doen de laatste inkopen bij de Carrefour. Dan gaan we echt de Somport tunnel door en rijden tegen enen Frankrijk in. Via Pau en Mont-de Marsan komen we om kwart voor 5 in Labastide dâArmagnac. Omdat we dezelfde route nemen als Co en Riet en Co ons een aantal tips heeft gegeven over geschikte overnachtingsplaatsen verbaast het ons niet dat hun camper daar al staat. Ze zijn niet âthuisâ. Waarschijnlijk een wandelingetje maken, wat wij ook meteen gaan doen na zo lang stilzitten. Labastide is een verbazend mooi dorpje met een middeleeuwse kern. Op het plein staan houten huizen op stenen pilaren. Daar komen we Co en Riet ook tegen en na nog een rondje, gaan we in een cafeetje iets drinken. Nart gaat de Armagnac uitproberen; de rest houdt het bij koffie en warme chocolademelk. Het is een gezellig cafeetje, waar ook allerlei artikelen worden verkocht zoals azijn, jams, mosterd en sauzen. Sâ Avonds drinken en buurten we nog wat.
Donderdag 24 februari 2022 Frankrijk door.
Onze route vandaag loopt via Marmande, Bergerac en Perigeux richting Limoges. In Bergerac maken we een uitgebreide stop om de stad te bekijken. We vinden een mooie parkeerplaats aan de Dordogne en
wandelen anderhalf uur rond. Uiteraard komen we Cyrano een paar keer tegen. We hebben vanochtend al een camperplaats ingegeven (SĂ©reillac) en zonder dat we het van elkaar weten komen we op dezelfde
plek uit als Co en Riet. Zij wilden naar een andere plaats gaan, maar die was opgeheven. We lopen samen een rondje, maar hier is niks te beleven. In de avond is het tijd om verwaarloosde taken te
doen: verslag nr 11 op Reismee zetten en de fotoâs van de laatste twee dagen uitzoeken. Morgen weer een eind verder huiswaarts.
Vrijdag 25 februari 2022 Frankrijk door 2
Om 8.00 uur appt Riet dat ze klaar staan om te vertrekken. Wij zijn dan net wakker. Ik zwaai ze nog even uit en wens ze een veilige reis naar huis. Wij rijden om 9.00 uur aan. Het is nogal mistig.
Onze route loopt via Limoges. We volgen steeds de D940. Mooi golvend landschap onderweg. Bij het hoge viaduct in Glénic maken we een stop. Tijd om de benen te strekken. Het is prachtig weer. We
wandelen omhoog naar het oude treinstation en lopen over de voormalige spoorbrug naar de overkant van de Creuse en via een rondje weer terug. De volgende stop is in La LigniĂšres voor de lunchpauze.
Ook hier een rondje kerk en kasteel (privébezit van de familie de Bourbon-Parma). Van Bourges zien we alleen de grote kathedraal boven de stad uitsteken; de route gaat er ruim omheen. Tegen vieren
vinden we het genoeg voor vandaag en stoppen op de camperparking achter de Aldi in Aubigny-sur-NĂšre. We lezen op de borden dat er morgen markt is. Zouden we het echt dan nog beleven? Het centrum is
verrassend mooi met oude vakwerkhuizen, waar meestal winkeltjes of restaurantjes in zijn gehuisvest. Wat later schuiven er nog twee campers aan op de parking. Het is een rustige plek.
Zaterdag 26 februari 2022 Frankrijk door 3
Vanmorgen voor vertrek dus eerst naar de markt. We zijn zo vroeg dat verschillende kramen nog bezig zijn met de inrichting. Veel fruit en groente, maar ook kleding, tasjes, kaas, vleeswaren, vis,
zuivelproducten etc. Het is alleen erg koud!! En nog niet druk. Nart vindt een lange broek met veel zakken en ik koop bananen. Dan gaan we op weg voor de een na laatste etappe .De route gaat via
Gien, Montargis en aan de westkant van Parijs langs. Het schiet goed op want er is een groot stuk snelweg. Tot twee keer toe proberen we een pauzestop in te lassen, maar de parkings staan bomvol
met vrachtauto âs. Op de derde âAireâ vinden we nog een plekje achter een truck zonder oplegger. Daarna in noordwestelijke richting via Soissons naar Laon. Hoog boven de stad ligt de gotische
kathedraal en we gaan er een wandeling maken. Via een weg vol haarspeldbochten komen we boven bij een parkeerplaats. Het is er best druk, mede door het mooie weer. Even flink de benen strekken.
Laon heeft een mooi oud centrum en de Notre Dame de Laon is zeer indrukwekkend met zijn grote roosvenster, hoge torens en prachtige gebrandschilderde ramen. De kathedraal is vooral groot en hoog;
enorme pilaren, hoge vensters en gewelven en 27 kapellen in de zijbeuken. Er staan veel informatie borden met ook in het Nederlands interessante weetjes over de geschiedenis van de bouw. Na een
klein uurtje hebben we genoeg gezien en vervolgen we onze route naar de camperplaats, 60 km verderop: Rozoy-sur-Serre. Het is een rustige plek net buiten het dorpje en de kippen scharrelen er rond.
Morgen nog 280 km o.a door België en dan zijn we weer thuis.
Als alles meezit nemen we ook de zon mee. Die heeft ons de hele reis vanaf het moment dat we Portugal inreden geen moment in de steek gelaten. We hadden een geweldig mooie reis met veel nieuwe
ervaringen. We legden in 61 dagen een afstand van 6246 kilometer af.
We bedanken iedereen voor het meereizen en meebeleven en reageren op fotoâs en verhalen.
Castilla y LĂ©on
Verslag nr 11. Door Castilië en Léon
Vrijdag 18 februari 2022 In Segovia
Voor een bezoek aan Segovia parkeren we op de officiële camperplaats bij de Arena. Er staan borden dat er morgen (zaterdag) markt is en dat de campers tussen 07.00 uur en 17.00 uur er niet mogen
staan. We gaan straks een andere plek zoeken voor de nacht, want een markt, daar houden we wel van. Segovia ligt, omgeven door wild landschap en hoge, besneeuwde bergtoppen, op een hoogte van 1000
meter. We wandelen naar het oude centrum en al gauw zien we het verbazingwekkende Romeinse aquaduct, dat 2000 jaar na de bouw nog praktisch helemaal intact is. Het is 728 meter lang en 28 meter
hoog. Het werd gebouwd in een dubbele verdieping van massief granieten bogen. We zien het informatiekantoor en halen er een plattegrondje op met een route. De juffrouw aan de balie is bijzonder
behulpzaam en tekent voor ons een aantal hoogtepunten aan op de kaart. We gaan die braaf volgen. Het is een lange lijst van bezienswaardigheden. De route loopt ondertussen ook door gezellige smalle
winkelstraatjes. Via de Plaza Mayor, dat vol staat met terrasjes en waar het gemeentehuis zich ook bevindt, lopen we de enorme kathedraal binnen. De bouw hiervan begon in 1525; de enorme oostelijke
galerij steunt op een Spaans-Vlaamse kloostergang van een vroeger kerk. Het is een gotisch gebouw met invloeden uit de renaissance en staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO. De gewelven zijn tot
33 meter hoog en de toren is bijna 90 meter hoog. Er zijn prachtige gebrandschilderde ramen. De 10 kapellen in de zijbeuken en de 8 in de abdis hangen vol met altaarstukken, grote schilderwerken en
beelden. Er is een kruisgang met zijkapellen, een ruimte met kazuifels, twee verdiepingen met Brusselse gobelins en een mooi museum in het souterrain vol met kleurrijke religieuze schilderkunst. Er
is een sacramentskapel, een koor en vier orgels. Het geheel is zeer indrukwekkend en we zijn er een behoorlijke tijd aan het ronddwalen. Ondertussen zijn we aan rust toe en in een klein parkje in
het Joodse kwartier vinden we bankjes rondom een fontein. We eten een broodje en gaan daarna verder op weg naar het volgende hoogtepunt: de AlcĂĄzar op de westelijke bergtop van de stad, waar de
rivieren Eresma en Clamores samenkomen. Met het ruime park ervoor ziet dit, uit de Middeleeuwen stammende, bouwwerk er prachtig uit. Door de eeuwen heen werd het een gevangenis en een koninklijke
artillerieschool. In 1862 was er een brand met veel schade. Twintig jaar later begon de restauratie die resulteerde in een extravagantie van torens en torentjes en reliëfmuren. We houden de
binnenkant voor gezien en kuieren terug naar de Plaza Mayor om op een terrasje in de zon wat te drinken. Tegen vieren zijn we terug bij de camper en we zoeken wat hoger op in de stad, ( zoân 400
meter verder) bij een grote bibliotheek, een plekje op de parking. Prima geschikt om te overnachten en morgen de markt te bezoeken.
Zaterdag 19 februari 2022 Naar Aranda de Duero
Tegen half 10 wandelen we richting de arena, waar de markt is. Daar wacht ons een teleurstelling: dit is een markt van niks! 5 groente-en fruitkramen, 1 schoenen kraam en een met 2e
hands kleding. En daarvoor moeten al die campers dan een andere plek zoeken? Op de parking ernaast is ook nog plaats zat. Daar staan trouwens ook de campers die we gisteren op de parking zagen.
Terug naar boven en de stad uit. Nog even bij een supermarkt langs en dan op weg naar Aranda de Duero. Eerst gaat het nog een eind over de rustige N 110 en daarna komen we op de A1 snelweg van
Madrid naar Burgos. De landschappen zijn afwisselend : bergachtig en vlak, geel of rood, kaal of bebost. De hoogte ligt zo rond de 1200 meter en na 114 kilometer zijn we aan de Duero. De
camperplaats met service ligt aan de rivier en de oude stad is net aan de overkant. Na de lunch stappen we op voor een rondje. Ook hier was vandaag markt, tot 14.00 uur. Te laat dus. We wandelen
via een wandelpad langs de rivier het centrum in en daar is het âzaterdagmiddagâ druk. Een harmonieorkestje staat klaar om te gaan spelen, de winkels laten hun rolluiken zakken en de
buiten-barretjes en terrasjes lopen vol. We bekijken een paar kerken, pleinen en straatjes. Aan de rand van het centrum staat het vol met flatgebouwen. We passeren nog een Romeinse brug en kuieren
dan weer terug naar ons huis op wielen. In de zon is het prima, maar de wind is koud. Voor vannacht staat er -2 op de lokale weersvoorspelling. Ons kacheltje doet het prima!
Zondag 20 februari 2022 Via Penaranda de Duero en Rio Lobos naar San Leonardo de YagĂŒe
We zien het ijs op de ruiten van de autoâs zitten vanochtend; wij hebben daar geen last van. De zon schijnt ook al weer, hoewel er wel bewolking te zien is.
Onze eerste stop vandaag is Penarande de Duero, 18 kilometer naar het oosten en volgens onze gids een dorp met middeleeuwse huizen in smalle straatjes en een kasteel er boven. We parkeren aan de
doorgaande weg en klimmen eerst naar het kasteel door uitgestorven straatjes. Niet erg spectaculair, maar het uitzicht over de omgeving is prachtig. We zijn weer in een wijnproductie gebied en zien
wijngaarden zover het oog reikt. Beneden is een mooi plein met kerk, restaurant, hotel, vakwerkhuizen en een paleis en er omheen staan middeleeuwse houten huizen op stenen zuilengalerijen. En er
staat een bus vol mensen op dat plein. Waar komen die ineens vandaan? We zien dat we dat 16e eeuwse paleis van binnen kunnen bekijken en willen bij de dame aan de balie kaartjes kopen.
Dat moet bij het toeristenbureau gebeuren (Waar is dat in hemelsnaam?)âŠen om 11.00 uur begint de rondleiding (in het Spaans). Meteen slaat de kerkklok 11 uur en de hele groep wachtenden dringt naar
binnen. Om 13.00 uur is de volgende âguided tourâ zegt de dame nog. Wij zijn al weg! We vervolgen onze rit over de binnendoor weg en komen bij La Galega op de N 234 die ons het nationaal park Cañon
de Rio Lobos in voert. Vlak voor San Leonardo slaan we af en komen op de parkeerplaats bij de brug (Puente de 7 Ojos). Er staan best veel autoâs en 3 campers. Hier begint o.a. een wandeling langs
de rivier de Rio Lobos. We lunchen op de parking en gaan dan op pad, de geelwitte aanwijzingen volgend. Eerst langs de brug met de 7 ogen. We kunnen door de bedding lopen want er staat geen drup
water in de rivier. Het is een makkelijke wandeling, bijna geen hoogte verschil en de paden zijn ruim. Soms lopen we links, soms rechts van de rivier. De groene canyon is ruim 25 kilometer lang en
is het leefgebied van gieren, arenden, wilde zwijnen, otters en wilde katten. Al gauw komen we bij de hoge rotsen met grotten en spelonken. En zien we de gieren rond zweven, opstijgen en landen op
de verschillende richels . Af en toe zien we wat wandelaars en voor de rest horen we alleen de vogels om ons heen. Nu en dan zweeft er een gier zo dicht boven ons dat we de vleugels kunnen horen in
de wind. Indrukwekkend: links en rechts alleen maar hoge rotsen. Na een paar kilometer zien we toch wat water in de rivier, maar stromen doet het niet. Na anderhalf uur slingeren door de kloof
keren we om en gaan dezelfde weg terug. Het vervolg bewaren we voor een volgende keer, dan vanaf de zuidkant.
Iets verderop in het stadje San Leonardo de YagĂŒe is een camperplaats bij een zwembad in het bos. Daar zoeken we een plekje voor de nacht. De laatste week van deze reis gaat morgen inâŠ.
Maandag 21 februari 2022 Via Soria naar Olite / Erriberri(Navarra)
Om een uur of 5 in de nacht begint onze thermometer te piepen. Die waarschuwt voor vorst aan de grond (gladheid). Hoewel het binnen niet lager dan 10 graden is. Is het buiten kouder. De enige
mogelijkheid om aan dat gepiep een einde te maken is de batterij eruit! Dan kunnen we verder slapen. Niet echt uitgeslapen beginnen we aan de dag. Op de weg vlak bij de parking is het al vroeg druk
met voorbij denderend vrachtverkeer. We gaan richting Soria om brood te kopen en nog wat andere versproducten. Dan verder naar Olite. De zon schijnt, maar het waait hard en af en toe danst de
camper van links naar rechts bij het passeren van vrachtwagens. Het is een lappendeken wegdek door een lappendekenlandschap. Halverwege zien we een vrachtauto op zijn kant liggen. We komen door een
streek met productiebos en houtzagerijen. In La Rioja (ook een autonome provincie) staan de landerijen en hellingen vol met druivenstruiken en passeren we de ene na de andere wijncoöperatie. In de
verte zien we het bergmassief van Moncayo (2313 m.). Daar waren we bovenop 3 jaar geleden. De top zien we niet door de bewolking die er hangt. Op een van de weinige parkeerplaatsen langs de weg
stoppen we voor de lunch. Het is er een vieze smeerboel. In het geheel zijn we toch 800 meter gedaald als we na 180 km op de camper-parking in Olite aankomen. De parkeerplaats is pal naast de
middeleeuwse Iglesia de San Pedro. Olite is een opmerkelijk stadje met een bizar kasteel en opvallende kerken. In de 15e eeuw bouwde Carlos III het Palacio Real met forse toren, kleine
torentjes en perfect gerestaureerde muren; het werd de zetel van het hof van Navarra. Er vlak naast ligt de Iglesia Santa Maria la Real. In een uur tijd wandelen we door de smalle straatjes van de
ommuurde stad en hebben we alle bijzonderheden bekeken. Het waait nog steeds flink dus de rest van de middag blijven we binnen. Ik app even met onze goede amigoâs Co en Riet, die ook onderweg in
Spanje zijn en wat blijkt? Zij zijn morgen in de buurt van Jaca, waar wij morgen naar toe wilden, als laatste stop in Spanje. We spreken af elkaar te ontmoeten in SabinĂĄningo op de camperplaats
daar. Gezellig bijkletsen.
Dinsdag 22-02-2022 Naar SabinĂĄnigo
We vertrekken uit Olite tegen 10.00 uur. Al gauw zien we de eerst toppen van de Pyreneeën. Bij de Enbalse de Yesa rijden we Arragon binnen. Nart ziet grote zwermen kraanvogels Iets verderop gaat
het over een snelweg naar Jaca. Om 12.30 uur treffen we op de camperplaats in SabinĂĄnigo Co en Riet. Samen gaan we uit eten bij een restaurant aan de overkant van de weg naar het dorp. We nemen een
dagmenu voor 13 euro, inclusief wijn. Het smaakt prima. Tegen half 5 gaan we nog een wandelingetje samen maken naar het eigenlijke dorp, 1 1/2 km terug. Er is niet echt een centrum en ook de rest
is niet interessant. s âAvonds brengen we nog een tijdje gezellig door. We wisselen reiservaringen uit; zij waren al die tijd in het zuiden van Spanje. Co laat zien welke mooie camperplaatsen ze
hebben ontdekt. Ook geeft hij mij de route die zij terug rijden naar België. Dat lijkt ons wel wat; het is in ieder geval een andere dan de heenweg door Frankrijk.
Extremadura
Maandag 14 februari 2022 Trujillo verkennen
Eerst maar eens felicitaties versturen via whatsapp naar Mieke, dochter van goede vrienden van ons. Ze trouwt vandaag met haar Dennis. Ze zon schijnt weer volop, maar als we buiten stappen voelen we een koude wind. We gaan Trujillo verkennen. Volgens onze Spanje-ANWB Navigator is het een van de meest perfecte steden in Extremaduro. Het is de geboortestad van de ontdekkingsreiziger Pizarro, die verantwoordelijk is voor de totale ondergang van het grote Incarijk. Lang voor de tijd van Pizarro hadden de moslims op de berg al een kasteel gebouwd met een uitzicht rondom over de omliggende vlakte. We lopen eerst het toeristenkantoor in om een stadsplattegrond en verdere informatie op te halen. We zien nog meer toeristen rondlopen en er is zelfs een begeleide tour te boeken. Op het grote plein: Plaza de Major, staat een groot standbeeld van Pizarro, gezeten op een paard. Aan het zelfde plein zien we het Palacio Delmarques de la Conquista, Palacio Juan Pizarro de Orellana, Iglesia San Martin en nog 3 imposante 16e eeuwse gebouwen met beeldhouwwerk, poorten en pilaren. Midden op het plein een grote fontein. We gaan eerst de Iglesia bekijken. Het bestaat uit 2 verdiepingen en is helemaal toegankelijk voor publiek. Vervolgens kuieren we omhoog naar het kasteel, waarbij we halverwege de Iglesia de Santa Maria Mayor willen bekijken. Helaas kan er voor het entreegeld niet gepind worden en we hebben niet genoeg contant bij ons. Dus eerst maar weer eens terug naar beneden voor een pinautomaat. We beginnen opnieuw aan de klim naar boven. De 13e eeuwse kerk is zeer de moeite waard. Het heeft een prachtig driehoog altaarstuk en een hoge klokkentoren met een weids panorama. Uiteraard beklimmen we via een zeer smalle trap de toren en waaien er bijna af. Dan op naar het kasteel, dat weer wat hoger ligt. Het is wat kaal van binnen, maar ook hier zijn de uitzichten vanaf de kantelen grandioos. Via een omweg dalen we weer af en komen langs 3 musea, een kerkhof, een cisterne, een kerk met klooster en een toegangspoort. En dan hebben we het oostelijke deel van het historische centrum nog niet gezien. We vinden het genoeg na 3 uur rondkijken en gaan naar de camper terug om wat te drinken en te eten. In de middag gaan we eerst wat boodschappen inslaan bij de Leclerc supermarkt en rijden vervolgens zoân 40 kilometer in noordelijke richting over de EX-208 richting Plasencia. Op het hele traject passeert ons 1 auto en komen we er 2 tegen. Onvoorstelbaar zo rustig het is op deze wegen. We stoppen in TorrejĂłn el Rubio, zoân 8 km vóór het nationale park MonfragĂŒe. In de verte zien we al het woeste berglandschap als een brede bergrug voor ons. In het natuurgebied zelf mag niet overnacht worden en dit dorpje is een prima plek. Er is geen camperplaats, maar we vinden een parkeerplaats in een rustig straatje bij een informatiekantoortje, dat gesloten is. Morgen het park in âŠde verwachtingen zijn hoog, want het is het park met de grootste vogel- en wildpopulatie in Spanje en de grootste kolonie monniksgieren en keizerarenden ter wereld.
Dinsdag 15 februari 2022 Naar MonfragĂŒe
Om half elf, na 8 kilometer smalle en bochtige weg, staan we op de parking bij de brug over de Taag in het nationaal park MonfragĂŒe. We zien meteen de rode paaltjes die ons de route moeten aangeven
naar Salto de Gitano, de grote rots waar zo veel gieren te zien moeten zijn. Het wandelpad gaat onderlangs, tussen de weg en de Taag. Af en toe is het wat lastig lopen over grote scherpe keien,
maar gelukkig hebben we de wandelstokken bij ons. Na twee kilometer bereiken we de grote rots die aan de overkant van het water ligt. Meteen zien we al de tientallen gieren die om, boven en langs
de rots zweven. Wat zijn het er veel en wat majestueus ziet het er uit. Met de verrekijker ontdekken we tientallen zitplaatsen in de kloven en spleten en randen. De meesten zijn de Vale gieren, te
herkennen aan de lichte voorkant van de enorme vleugels. De Monniksgier heeft een donkere onderkant. Het verschil is soms moeilijk te zien, maar hij is ook groter. De plek van waaraf we het geheel
kunnen bekijken is ideaal. Achter ons zijn ook nog rotsen en geregeld komen de gieren over onze hoofden zweven. Wat later vervolgen we toch weer onze wandelroute, nu aan de andere kant van de weg,
tot aan de parkeerplaats bij de opgang naar het kasteel. De temperatuur is inmiddels aardig opgelopen en de weg naar boven is lang en steil en we zijn blij als het kasteel in zicht komt. Nog wat
laatste trappen en we zijn op een groot plateau, waar ook een âermitaâ staat. Er zijn twee uitzichtpunten en we kijken uit op de verre omgeving. Op een stenen bankje rusten we uit en eten onze
meegebrachte lunchpakketjes op. Dan vergapen we ons nog een tijdje aan het uitzicht. Ook hier zweven de gieren langs. Dan begint aan de achterkant van de berg de afdaling, terug naar de brug. Het
eerste stuk gaat over houten plankieren en aangelegde trappen. Verder over paden in grote slingers geleidelijk omlaag. We wandelen door weelderig groen en langs veel grillige steeneiken. Om drie
uur zijn we weer beneden bij de brug. Wat een spectaculaire wandeling. Nart heeft zoân 250 fotoâs gemaakt, dus dat wordt flink uitzoeken vanavond. We rijden verder het park door en komen uit bij
camping MonfragĂŒe, waar we vannacht blijven. Er vlak naast is het bezoekerscentrum van het park en daar gaan we nog even rondkijken. Het zien er zeer mooi uit met grote filmschermen, en
(interactief) voorlichtingsmateriaal. Het is duidelijk dat ze op de Werelderfgoedlijst willen belanden. Er is helaas geen shop met souvenirsâŠNart had graag een mooi vogel T-shirt gescoord. Terug op
de camping zitten we nog een tijdje in de zon. Wat een geweldige dag weer!
Woensdag 16 februari 2022 Plasencia
Om 10.00 uur gaan we op weg naar Plasencia. Dat is maar 8 kilometer verder. Nog even LPG tanken en de Lidl binnen en dan naar de parkeerplaats aan de rivier de Jerte. Die ligt aan de rivier en
naast een mooi park. Omdat gisteren de internetverbinding slecht was, ga ik eerst het verslag en de fotoâs van editie 9 op Reismee zetten. Het is altijd zo leuk om reacties te lezen van onze
volgers.
We lunchen eerst voordat we op pad gaan. Net voor we opstappen klopt er een Spanjaard aan onze deur. Hij heeft het Nederlandse kenteken blijkbaar gezien en wil even in gebrekkig Nederlands een
praatje maken. Hij vertelt dat hij 42 jaar bij Philips in Eindhoven heeft gewerkt in de âBuikenlaanâ. Hij is enthousiast als Nart vertelt dat hij ook bij Philips heeft gewerkt. De rest van zijn
verhaal is nogal onduidelijk. Even later neemt hij afscheid met howdoe.
We gaan de brug over en wandelen langs de rivier door het park naar het oude centrum. Helaas, de kathedralen zijn net gesloten tot 16.00 uur. Het zijn 2 kathedralen; de Cathedral Vieja (oude
kathedraal) werd in de 13e en 14e eeuw gebouwd en in de 16e eeuw werd de Cathedral Nueva eraan vast geplakt. Dan eerst maar naar de toeristeninformatie iets
verderop. Daar krijgen we uitgebreid antwoord op onze vragen en 4 folders mee, meteen ook voor een wandeling die we morgen willen maken in de Sierra de Tormantos. De vriendelijke man achter de
balie laat zien wat de beste route is om te doen door Plasencia. De ommuurde oude stad staat vol adellijke huizen, middeleeuwse wallen, gotische kerken en er is een aquaduct. Dan eerst maar de
stadsmuren en het aquaduct bekijken. Via smalle winkelstraatjes lopen we er naar toe, ondertussen nog allerlei paleizen, kerken en andere gebouwen bekijkend. Hier en daar liggen er parkjes,
fonteinen en pleintjes met terrasjes. We lopen even langs de arena en gaan dan terug naar het centrale plein (Plaza Mayor), waar we uitrusten en wat te drinken nemen. Altijd leuk zoân plein. We
hebben zicht op de aparte klokkentoren met een gekleurde figuur die tegen de bel moet slaan met een hamer op het hele en halve uur. (zie foto), Via een rondje langs de Parador (luxe hotel) in een
oud klooster en 2 stadspoorten zijn we net na vieren weer bij de kathedralen. We betalen de entree en dwalen zoân 3 kwartier binnen rond. Er is van alles te bewonderen: kolossale barokke
altaarstukken, walnoten koorstoelen (uit 1520), tientallen beelden en schilderwerken hoge pilaren, vensters en een mooie binnenhof. Er is zelfs een uniek altaarstuk bestaande uit tegels in wit
blauw en geel dat oorspronkelijk in een kloosterkerk heeft gestaan. En natuurlijk om de rijkdom te laten zien: gouden en zilveren kerkattributen (kronen, bekers, kelken, kruisen en andere
religieuze kerksieraden), alles in vitrinekasten. Ook nu heeft Nart weer heel wat uit te zoeken in het fotomateriaal. Terug bij de camper zien we dat in het park veel activiteit gaande is. Er wordt
gekaart aan de picknicktafels, kinderen (in professionele outfits) zijn aan het mountainbiken en in het speeltuin gedeelte is het een drukte van belang met ouders en kinderen. Er wordt gejogd,
gewandeld en in groepjes gepraat, kortom een gezellig en sociaal gebeuren. Als de lantaarns aan gaan en ik het eten bijna klaar heb wordt het rustig om ons heen en staan er alleen nog een tiental
campers die hier ook blijven overnachten.
Donderdag 17 februari 2022 Wandeling naar Los Pilones en naar Ăvila
Om kwart voor 10 rijden we de parkeerplaats af. De N 110 kronkelt hier tussen en over de hoge bergen. Het lijkt wel âvuurtjes-stoken-dagâ, want overal op de hellingen kringelen rookwolken omhoog.
We gaan een wandeling maken dicht bij Jerte, die wordt aanbevolen in de Spanje Navigator van de ANWB. Los Pilones zijn een reeks komvormige waterbassins in de granieten rivierbedding. Deze zijn
uitgesleten door de idyllische watervallen die zich een weg banen door een nauw, diep ravijn, de Garganta del Infierno. De route begint meteen al met een steil smal en rotsachtig pad omhoog. We
volgen de wit gele tekens. Al snel zien en horen we de rivier beneden ons. Na 5 kwartier klimmen en klauteren zijn we bij de bassins en de brug die ons naar de overkant brengt. We zitten hier een
tijdje te kijken en te rusten en volgen dan de groene route die aan de andere kant van de rivier terug naar beneden voert. De uitzichten zijn steeds fenomenaal. De weg omlaag is niet helemaal
zonder hindernissen: twee keer moeten we onder draad door kruipen bij de oversteek van een zijriviertje. Waarschijnlijk zijn deze barricades bedoeld om te koeien tegen te houden. We komen er twee
tegen, waaronder een dooie. Net als we bijna bij de verharde weg zijn komen we een gesloten hek tegen. Hier moeten we via rotsen ernaast, er langs klimmen. Om ons heen zien we de hoge bergen die
bijna allemaal terrassen hebben met kersenbomen. De Valle de Jerte is het centrum van kersenproductie, (de picota-kers). We zagen al bedrijven en gebouwen met reclame hiervoor. Er staan
tienduizenden kersenbomen en als in de lente de bloesems verschijnen komen duizenden mensen deze pracht op de hellingen bekijken. Er zijn kersenroutes en kersenfeesten. Tegen drieën zijn we rond;
het laatste stuk ging via een zandpad langs de rivier de Jerte. We zetten een nieuwe bestemming in onze IGO: Ăvila, zoân 120 kilometer verder. Bij de bergpas Puerto de Tornevacas (1275 m hoog)
verlaten we Extramadura en komen in CastiliĂ« en LĂ©on We willen zaterdag de grote markt in Segovia bezoeken en zijn dan alvast een eind in de richting. In Ăvila zijn de parkeerplaatsen voor de
campers helemaal veranderd sinds de vorige keer dat we hier waren. Toen was het gratis en zonder service. Nu is er een nieuw bewaakt, afgesloten terrein met douches, toiletten, wasmachines en alle
andere diensten je als camperaar nodig kunt hebben. Voor ⏠11,00 mogen we hier 1 nachtje blijven. Prima dus. De ontvangst door de beheerder is erg vriendelijk en er is direct zicht op de grote
muren van Ăvila. En de WIFI ontvangst is zo goed dat Nart âs avonds PSV kan zien voetballen tegen een of andere IsraĂ«lische club.
Naar Extremadura
Woensdag 9 februari 2022 Naar Estremoz
We willen er nog niet zo erg aan geloven, maar we zijn toch echt weer naar het noorden aan het rijdenâŠ.huiswaarts ?, maar wel erg langzaam. Vandaag verlaten we Portel, nadat we een uitgebreide
ronde doen. We klimmen door de steile smalle straatjes omhoog naar het kasteel. Dat is gratis toegankelijk en het ziet er netjes onderhouden uit. Op het plein ervoor staat het vol met
sinaasappelbomen. We bekijken de binnenkant van het kasteel en vanaf de dikke muren is een weids zicht op de omgeving. Vooral de vele grote, brede schoorstenen op de kleine huisjes vallen op. Via
een omweggetje weer terug. We lozen vuil water en de toilet en nemen drinkwater in. Dan op weg naar Redondo. Daar staat een oud kasteel en aan het straatje er heen zouden aardewerkwinkeltjes zijn,
maar we zien er geen een. Misschien alleen in de zomer? Ondertussen is de temperatuur alweer aardig opgelopen. Na de lunch rijden we door naar Estremoz. Het laatste stuk is verrassend mooi door een
bergachtig landschap. Links en rechts staan olijfboompjes in nette rijen dicht op elkaar (kwekerijen?) en afwisselend zien we wijngaarden en olijfboomgaarden We rijden eerst even door naar de
Continente waar wasmachines zijn, want de was moet nodig weer worden gedaan. Een uurtje later is dat alweer klaar. Ondertussen bekijken we de fotoreportages van de laatste Gemzen wandelingen die
Hans heeft gemaakt, en kan ik wat delen van de Netflix-serie, die ik volg, downloaden, omdat er free wifi is. Dan een klein stukje door naar het grote centrale plein, waar we kunnen parkeren voor
de nacht. We waren hier eerder. Er staat een oud Grandcafé en we gaan er even een wijntje drinken. Om deze tijd is het er erg rustig. Nog even langs de fruitmarkt en dan terug in de camper. De zon
is weg en het koelt af. Potje koken en daarna fotoâs kijken en de belevenissen opschrijven.
Donderdag 10 februari 2022 Naar MarvĂŁo via Alter do ChĂŁo en Crato
Hoewel we op een groot plein staan met veel geparkeerde autoâs is de nacht toch rustig. Tegen tienen zijn we klaar voor vertrek. We rijden vandaag door de Serra de SĂŁo Mamede naar MarvĂŁo, vlak bij
de Spaanse grens. Op de route er naartoe maken we eerst een stop bij een mooie brug over de Ribeira Grande bij Fronteira. Er staat zo weinig water in de rivier dat je bijna naar de overkant kunt
lopen. We zien in het landschap hier veel vee op de landerijen: bruine en zwarte koeien, schapen en geiten. Ze hebben heel veel ruimte om te grazen. Volgende stop is Alter do ChĂŁo. Als we op de
parkeerplaats staan zien we dat we hier al eens waren. De grimmige muren van het kasteel en de tegeltjes met afbeeldingen van dansparen. We gaan op zoek naar de opgravingen van de Romeinse villa
met mozaĂŻek tegelvloer, maar die is helaas alleen op afspraak te bezichtigen, lezen we op een bordje bij het gesloten hek.
Dan door naar Crato waar we een wandeling maken door de straatjes met witgele huizen en gebouwen naar het hoger gelegen kasteel. Dit kasteel (vroeger van de Johannieters) is alleen nog maar een
ruĂŻne omdat in 1662 de Spaanse troepen de stad in brand hebben gestoken. Via Castello de Vide gaan we even in Portagem kijken of er een geschikte parking is voor de wandeling van morgen. Die is er.
Dan gaat het nog gedurende 4 kilometer omhoog naar MarvĂŁo, het middeleeuwse gehucht, dat op een hoogte van 862 m. ligt en spectaculair uitzicht heeft op de Serra de SĂŁo Mamede en vanaf de
kasteelmuren ver Spanje in kijkt. Er zijn nog plaatsen vrij op de camperparking naast het klooster. We moeten wel op de blokken staan en zelfs dan staan we nog niet waterpas. We gaan het
13e eeuwse kasteel en de ommuurde stad bekijken. Het graniet van de bergen gaat naadloos over in de muren van het kasteel. Het is er erg rustig. Over de keienpaadjes lopen we via twee
fraai aangelegde tuinen naar het kasteel waar we nog het nodige klimwerk doen. Maar dan is ook het uitzicht overweldigend; eigenlijk niet in een foto vast te leggen. Op de hoogste uitzichttoren is
een 360 graden zicht. Adembenemend! Op ons gemak lopen we weer naar beneden naar de parking en zien dat nu op 1 na alle plaatsen bezet zijn. Dit is terecht een populaire plek.
Vrijdag 11 februari 2022 Wandeling bij Portagem en door naar Spanje
Hoewel we toch op flinke hoogte zijn, is het helemaal niet koud. De kachel hoeft zelfs niet aan bij het opstaan. We rijden naar beneden, naar Portagem en parkeren op de grote parking bij het
zwembad. We gaan wandeling nr.10 doen uit het boekje Voetwijzer â Zuid Portugal. De start gaat langs het riviertje de Sever en over een mooie oude bogenbrug. Even langs de doorgaande weg en dan
steil de berg op over een kilometer lang keienpad. Links en rechts staan kastanjebomen en steeneiken tussen de grote granieten rotsformaties en naarmate we hoger komen zien we hellingen met
eucalyptus- en naaldbomen. De route is vrij goed te volgen vanuit het gidsje en dankzij de Oruxmaps-app vinden we alle afslagen en paadjes. Hier en daar staan wat vervallen huisjes en het gehucht
Ponte Velha ( we zijn dan al weer flink afgedaald) stelt niet veel voor. Een paar woest blaffende honden, meer komen we er niet aan levende wezens tegen. We moeten even zoeken, maar dan vinden we
ook de uitgehouwen graven in de rotsen aan de kant van de weg. Die zouden uit de vroege middeleeuwen stammen. Iets verder weer een rond huisje met conisch rieten dak. Ik lees in het gidsje dat er
zelfs mensen in hebben gewoond. Vier uur na de start zijn we weer terug in Portagem. Dit is voorlopig de laatste wandeling in Portugal want een half uur later rijden we Spanje binnen. Eerst maar
even tanken. Diesel is 20 cent per liter goedkoper hier. Vandaag is ook de mondkapjesplicht op straat in Spanje afgeschaft, gelukkig. Wel nog even de klok een uur vooruit zetten. We vinden een
camperparking naast de arena in Valencia de Alcantara, compleet met service. En er is prima wifi. We gaan plannen voor de komende dagen maken. Er staan nog wat natuurparken op ons lijstje hier in
Extremadura.
Zaterdag 12 februari 2022 Naar Malpartida de CĂĄceres (S)
Ja het is weer even wennen aan de nieuwe tijd. We zijn dan ook laat op. De wifi is prima hier dus zet ik eerst het verslag en de fotoâs nr. 8 op Reismee. Dan gaan we een rondje door Valencia de
Alcantara maken. Er is wel het een en ander te zien: een kasteel (gesloten voor publiek), een oude Romaanse kerk en wat andere gebouwen. Het is druk in het centrum, op de terrasjes en de parkjes.
We vinden een Coviran buurtsuper en doen wat inkopen. Veel verse groenten zien er niet uit, dus die laat ik liggen. We stippelen een route uit naar Marpartida de CĂĄceres. Daar is een camperplaats
vlak bij de ingang van het park met de naam: Monumento Natural Los Barruecos. Daar willen we morgen gaan wandelen. De route gaat over een âgroeneâ weg via Alburquerque. (geen idee hoe je dit moet
uitspreken). Weidse landschappen met bergen in de verte, vee op het land en amper huizen. Ook hier weer de granieten boulders en heel veel olijfbomen. We komen amper een auto tegen. Ondertussen is
de lucht wel erg donker geworden en net zijn we op de parking in Malpertida of een enorme bui breekt los. De rest van de middag dreigt het met regen, dus gaan we nu geen rondje lopen. Potje
kaarten, wat lezen en plannen maken voor de komende dagen.
Zondag 13 februari 2022 Wandeling en verder naar Trujillo
Het is de rest van de nacht droog en in de ochtend dik bewolkt. We rijden 3 kilometer naar een van de parkeerplaatsen in Monumento Natural Los Barruecos. Het is zondag dus het zou best druk kunnen
zijn. We beginnen om half 11 aan de wandeling om 2 van de meren in dit gebied. Met groene pijlen en tekens wordt deze route aangegeven. Het park is bijzonder rijk aan ooievaars: in bijna elke paal,
mast, boom of rots zijn nesten te zien en het geklepper achtervolgt ons de hele wandeling. Het wandelpad loopt kriskras tussen de prachtige rotsformaties door, over rotsplateaus en paadjes met
begroeiing links en rechts. We passeren bij het tweede meertje de locatie waar een deel van de serie âGame of Thronesâ is opgenomen. We zien in en om het water diverse vogels: ganzen, futen,
lepelaars, steltkluten, reigers en ibissen. En in de lucht een stel vale en aasgieren. Het is een prachtwandeling, heel afwisselend met hier en daar een klauterpartij en zelfs zon tussen de
bewolking door. We zijn al blij dat het droog is, want de voorspelling was niet zo goed. De fotoâs spreken voor zich. Na dik 7 kilometer zijn we rond en vervolgen onze reis via CĂĄceres naar
Trujillo. (66 km). Ondertussen passeren we de 4000 km grens. Bij de arena is een camperplaats en daar kunnen we mooi overnachten. Trujillo is een interessante stad, dus die gaan we morgen eerst
eens bekijken. De dagen vliegen nu echt voorbijâŠ.
Alentejo 2.
Donderdag 3 februari 2022
Voor het eerst in weken is het bewolkt âs morgens. Maar helemaal niet koud. We rijden de camping af nadat we alle huishoudelijke taken hebben gedaan en hebben betaald bij de receptie: ⏠24,- voor 2
nachten; dat is toch niet te veel voor zoân mooi plekje. Via Vila Nova de Santo AndrĂ© rijden we naar Santiago do CacĂ©m, een dikke 20 km. De vorige keer dat we hier waren hebben we uitgebreid de
Romeinse opgravingen van MirĂłbriga bekeken. Nu willen we ook het historische centrum bekijken. Er is hier een camperplaats, dus dat komt goed uit. De stad ligt op een heuvel dus we bereiden ons
voor op wat klimwerk. Het Moorse kasteel is in 1157 herbouwd door de tempeliers. De muren die ook de begraafplaats van de Igreja Matriz omringen bieden een panoramisch uitzicht over de Serra de
Grandola. Vreemd dat binnen de kasteelmuren de begraafplaats ligt. We lopen er helemaal omheen en gaan dan via een lager gelegen tuin aan de zijkant een hek door. weer naar beneden. Dan lopen we
wat kriskras door de smalle steile straatjes, die bijna allemaal eenrichtingsverkeer zijn. Ondertussen laat de zon zich ook weer zien. We wippen even een Chinese winkel binnen; daar is altijd wat
te vinden. Markeerstiften hebben ze in ieder geval, zodat we onze rijroutes weer goed in de atlas kunnen aangeven. Elk jaar een andere kleur. Zo weten we welke wegen we nog niet hebben gereden. Het
is een rustige plek waar we overnachten; er zijn wat vogeltjes te zien o.a. de boomkruiper, die op 50 cm van ons zijraam tussen de boomschors scharrelt. Nart is net te laat voor een foto. Iets
verder op zijn twee openbare openlucht zwembaden naast het overdekte zwembad. Er staan wat grappige kleedhokjes en een apart geschilderd toiletgebouw. Af en toe rijdt er nog een camper de
parkeerplaats op; het is een rustige avond en nacht.
Vrijdag 4 februari 2022
Soms word ik âs morgens gewekt door koerende duiven, krijsende meeuwen, klepperende ooievaars of blaffende honden. Vanochtend zijn het kraaiende hanen, die al vroeg van zich laten horen. We gaan
weer een eindje verder op deze voorspeld bewolkte dag. Doel van de dag is Lousal, 40 km oostwaarts. In onze (oude) Capitoolgids staat niks over Lousal, maar in de reviews op de Park-for-night-app
staan enthousiaste aanbevelingen om de verlaten mijnen en het museum te bezoeken. Dat gaan we doen. Er is een wetenschap/techniek museum, een mijn-museum en de mogelijkheid om in een van de mijnen
te gaan kijken. We besluiten het hele pakket te doen. Tot 12.00 uur bekijken we de vaak interactieve tentoonstelling. Dan begint een rondleiding door het mijnmuseum onder leiding van een gids,
voorafgegaan door een introductiefilm. In 1934 is hier een Belg begonnen met de exploitatie van dit gebied om pyriet uit de grond te halen. In enkele jaren tijd is er een complete stad verrezen,
met huizen voor de mijnwerkers en hun gezinnen, een school, een kerk en een medisch centrum. In 1988 is de mijn gesloten en is de stad Lousal leeg gelopen. Heel interessant om te zien hoe alles in
zijn werk is gegaan. Het mijnmuseum is om de elektriciteitscentrale heen gebouwd en staat vol met grote en nog grote compressoren, allerlei gereedschappen en meetapparatuur. We gaan tussendoor even
lunchen en staan om 15.00 uur weer klaar om met een gids, die goed Engels spreekt op pad te gaan voor een 2 uur durende rondleiding. Het gaat door vervallen gebouwen, langs afgegraven hellingen,
twee hevig vervuilde plassen en uiteindelijk een mijn in. De gang loopt 250 meter door onder de grond. We moeten helmen op en de gids weet op een boeiende wijze alles uit te leggen. Zo hebben we
deze bewolkte dag toch op een heel aparte en leuke manier door gebracht.
Zaterdag 5 februari 2022 Naar Baragem de Santa Clara via SĂŁo Martinho das Amoreiras
Vanochtend zijn het de mekkerende schapen die ik hoor als ik wakker word. De zon is weer helemaal terug. We maken voor vertrek nog even een ommetje naar de rivier en de oude trein. Dat is nog een
van de originele treinen waarmee de erts naar het station werd vervoerd vanuit de mijnen. Dan gaan we op weg naar SĂŁo Martinho, om daar te beginnen aan een wandeling. Het eerste stuk gaat over de
IC1 en na 40 km slaan we af en komen via een niet zo fijne weg in SĂŁo Martinho. Bijna in het centrum aangekomen is het vreselijk druk met geparkeerde autoâs. Zou er soms markt zijn? Inderdaad; iets
verder zien we dat er een rommelmarkt gaande is, precies op de plek waar we moeten parkeren voor onze wandeling. We rijden een eind verder en parkeren langs de kant van de weg. Even lunchen en dan
maar eens rond kijken op de markt. Het eerst wat opvalt is dat er bijna niemand een mondkapje draagt. Zou dat per vandaag zijn afgeschaft hier? Dan zien we het volk dat de kraampjes bemant en rond
kuiert. Allemaal hippies! Rastakapsels, lange kleurige rokken, omslagdoeken en rugzakken. We zijn op een hippiemarkt beland en de taal die we meeste horen is Duits. Ook Nederlands en Engels komt
voorbij. Mensen knuffelen, omhelzen en kussen elkaar; een soort weerzien lijkt het wel. Ook wemelt het er van de kinderen met lange haren, wollen mutsen en alternatieve kleren. Er is van alles te
koop. Naast wiet, ook andere kruiden, honing, zelfgemaakte kaarsen, zeepjes, groente en fruit. En dan ligt er nog het nodige âantiekâ op de kleedjes. De eettentjes zijn in trek en op een grasveldje
wordt gitaar gespeeld en druk van gedachten gewisseld. Een gezellige boel, maar wij voelen er ons niet echt thuis. We hebben dan ook gauw alles bekeken en gaan terug naar de camper: tijd voor plan
B. We rijden door naar het 13 km verder op gelegen stuwmeer via een vreselijk slechte weg vol met gaten, opgevulde kuilen en hobbels. Er staat 1 camper op de parking bij de brug en wij zoeken een
fijn plekje met zicht op het water en in de zon. Stoeltjes buiten en lekker lezen. Natuurlijk ook nog een wandelingetje omlaag naar een andere arm van dit stuwmeer. Daar zien we dat een compleet
dorp onder water is verdwenen. Hier en daar steken gebouwen er boven uit. In het midden is een eilandje, waar mensen bezig zijn om in een roeiboot naar toe te varen. Twee grote honden zwemmen er
achteraan. Zo te zien gaan ze picknicken op het eilandje. Wij wandelen weer terug. Een mooi rustig plekje, zo rustig dat er zelfs amper internetverbinding is. Af en toe komt er een appje doorheen
en de telefoon geeft aan dat er geen telefoonverkeer mogelijk is.
Zondag 6 februari 2022 Wandeling Rocha da Pena en door naar Amaixial
Het is mistig als we wakker worden. Zodra we klaar zijn met het ontbijt en op weg gaan zijn de nevels al grotendeels verdwenen. De eerste 10 kilometer is een vervolg van de slechte weg naar het
stuwmeer toe. Dan draaien we de IC1 op en is de weg prima, zelfs op lange hellingen 3-baans. We rijden bijna ongemerkt de Algarve binnen. Het is even zoeken naar de juiste aanrijroute voor Rocha de
Pena. De startplek van onze wandeling van vandaag. Rijden we ons eerst bijna vast in supersmalle straatjes, wat later is de route duidelijk en vinden we al gauw de parkeerplaats bij een
restaurantje. Helaas. Er staat een bord dat campers er niet mogen parkeren. Dan maar een eindje terug en langs de kant van de weg. We kijken tegen een hoge bergrug aan en vermoeden dat we hier wel
eens flink moeten klimmen. Ook hier staat de route prima aangegeven en met de zon in de nek gaan we, gewapend met de wandelstokken, om 11.00 uur op pad. Het is een pad vol met rode keien en het
klimt gestaag omhoog. We zien (en horen) bergbeklimmers aan de touwen hangen. Het pad kronkelt omhoog en als we boven zijn zien we een wegwijzer naar âMiradouro Norteâ. 350 meter verder is een
weids uitzicht in noordelijke richting, naar Alentejo. Helemaal boven langs gaat de route verder, hier over smalle paadjes die soms vrij dicht begroeid zijn. Het wemelt er van de planten en
struiken. We zien roosmarijn in bloei, massaâs Affodilbloemen, narcissen, venkel, mastiekboom, steeneiken, jeneverbes, soorten cistus en nog meer voor ons onbekende flora. We hebben steeds zicht op
het zuiden: de bergen die tussen ons en de zee liggen. Na 2 kilometer boven over de rand gelopen te hebben gaat het bij een wal van lossen stenen, daterend uit de ijzertijd, omlaag. We komen nog
een Frans en Duits stel tegen. En een fietser die onmogelijk hier kan rijden; hij loopt dan ook. Het gaat dan toch weer omhoog naar een officieel âMirador de Sulâ. Een informatiebord geeft aan waar
je naar kijkt. Wij eten op dit mooie plekje onze broodjes op en rusten wat uit. Het vervolg van het pad loopt redelijk snel omlaag en we komen in het dorpje Penina uit met witblauwe huizen en van
planten voorziene straatjes. Op een mooi pleintje met toiletten, picknickbank, waterkraan en bloembakken nemen we nog een keer pauze. Het laatste stuk gaat over een brede, onverharde weg met hier
en daar een hellinkje. Om half drie zijn we weer terug bij de camper.
We kiezen voor een camperplaats in oostelijke richting, omdat we daar nog een aantal wandelingen kunnen maken en omdat we niet naar de kust van de Algarve willen. Het schijnt daar erg druk met
campers te zijn en veel verbodsborden voor campers. De weg naar Ameixial is een panoramische route. Hij kronkelt berg op, berg af met schitterende vergezichten. Langs de kanten staat het vol met
bloeiende mimosabomen en ook de amandelbomen zitten vol met bloesem. Amaixial kennen we nog uit 2016. Alleen is de plaats voor de campers nu op een voormalig voetbalveld. De service is er al, maar
er wordt nog gewerkt om de plaats in te richten. De Fransen schijnen de plaats al goed te kennen. Er wordt ge-jeu-de-bouled en het lijkt erop dat er semi-permanent wordt verbleven. Er staan ook een
paar Nederlanders. We vinden een plekje en gaan nog even buiten zitten, tot de zon onder gaat. Het was weer de zoveelste fantastische dag⊠en we gaan nog niet naar huisâŠ.
Maandag 7 februari 2022 De Algarve weer uit
Om een uur of half tien vertrekken we uit Ameixial en rijden een onzekere route naar Mealha. Onzeker omdat de weg er naartoe op de kaart wordt aangegeven als een onverharde weg. Het is maar 10
kilometer naar het startpunt van onze wandeling van vandaag. Het valt 100% mee want de weg is inmiddels netjes geasfalteerd en voorzien van nieuwe vangrails. Hij slingert van de ene heuvel naar de
andere met veel bochtenwerk. We komen geen kip tegen. De hellingen zijn begroeid met dennenbomen, olijfbomen of mimosa. En alweer een stralende dag. Op een klein grasveldje in het gehucht kunnen we
de camper parkeren en gaan PR8 volgen. Eerst een ommetje door wat straatjes, achter huizen langs en langs een watertje en dan het dorp uit, de heuvel op. We passeren wat primitieve hooi-opslag
hutjes (palheiros), de meesten met een ingezakt kegelvormig dak. Het brede pad klimt en daalt regelmatig en we steken een watertje over, waar stapstenen staan in geval van hoog water. Halverwege
komen we nog twee ruĂŻnes van oude windmolens tegen. Dat is ook zo ongeveer het verste punt, waarna een lange afdaling begint. Er zijn weinig vogels te zien. Wel zijn de hellingen begroeid met
dennenbomen, cistusstruiken, oleanders, amandelbomen en eucalyptus. Dit is echt een plek inâ the middle of nowhereâ.
Na de wandeling rijden we door naar Mertola, een ritje van zoân 50 kilometer in noordelijke richting. We verlaten de Algarve weer en rijden Alentejo weer in. In Mertola doen we eerst wat
boodschappen in een supermarktje en zoeken dan de schitterend gelegen camperplek op, pal aan de rivier de Guadiana. Na wat lekker buiten zitten ( het is bijna te heet in de zon), en plannen maken
voor morgen, stappen we op voor nog een rondje door het stadje. Het kasteel kennen we al, dus zo hoog gaan we nu niet klimmen. De Igreja Matriz was vroeger een moskee en er is al die eeuwen weinig
aan veranderd. We wandelen wat straatjes door, klimmen toch weer omhoog naar een mooi uitzicht en gaan via een omweggetje weer terug naar de kade. Een superplek hier! We overwegen even om uit eten
te gaan, maar het is maandag, dus de meeste restaurants zijn gesloten. Dan kook ik een pastagerecht met Cayote. Hij lag al een tijdje te rijpen in de kast, maar nu moet hij er toch maar aan
geloven. Ik zoek even op internet, hoe je deze groene knol kunt verwerken in een gerecht. Ik kies voor de pastavariant. Achteraf blijkt dit een goede keuze te zijn. In Nederland had ik deze groente
nog nooit gezien. Hier in Portugal heet hij cho cho.
Dinsdag 8 februari 2022. Via Vidigueira naar Portel
Uit onze wandelgids kiezen we voor vandaag een wandeling bij Vidigueira, zoân 80 km in noordelijke richting. Het landschap is nu veel vlakker met hier en daar een bergtop. Na een kilometer of 10
zien we,voor ons onbekende, verkeersborden: pas op voor lynxen op de weg. Er staan kilometers lang hoge hekken langs de weg. De met uitsterven bedreigde Iberische lynx is hier uitgezet in het kader
van een fokprogramma. Wat verder op zijn de ooievaars weer op elke stroompaal bezig met nestbouw. Het zijn er honderden.
Vier kilometer ten westen van Vidigueira bevindt zich een interessante Romeinse bezienswaardigheid: SĂŁo Cucufate genaamd. Daar gaat de wandeling naar toe. Vidigueira is naast een levendig stadje,
ook een belangrijk wijncentrum Ă©n de geboorteplaats van ontdekkingsreiziger Vasco da Gama. We parkeren bij het park en maken ons klaar voor de wandeling van 11 km naar SĂŁo Cucufate. Het startpunt
is vrij makkelijk te vinden. Het eerste stuk gaat door oude en nieuwe wijngaarden en olijfgaarden, onder luid geblaf van tientallen honden, die hier en daar achter hekwerken zijn opgesloten. Het
hoogteverschil is minimaal en het is heerlijk wandelen in de zon, zonder al te veel inspanning. We komen door het gehuchtje Vila de Frades. Smalle straatjes met blauwwitte en oker-witte huisjes.
Daar is het wel even opletten op de wegmarkeringen. Via een mooi pleintje (waar we lunchen) en een poort lopen we aan de andere kant de velden weer in. Vanaf hier moeten we het laatste stuk heen en
terug lopen. Bij de ingang van het mooie complex zien we een auto geparkeerd staan, dus het terrein is gelukkig toegankelijk. Voor 1,50 pp kunnen we binnen rondkijken en krijgen ook nog een luxe
informatiefolder mee. Alles is netjes aangelegd en onderhouden. De gewelven zijn van een 4de- eeuwse villa. Bij opgravingen zijn de baden van een huis uit de 2e eeuw
blootgelegd. De wijnpersen, het reservoir en de tempel doen vermoeden dat het een luxueuze Romeinse villa is geweest. In de 6e eeuw werd het verbouwd tot een klooster. In de
17e eeuw werd dit weer gesloten, alleen de kapel bleef nog tot in de 18e eeuw in gebruik. Het geheel is nauwkeurig in kaart gebracht en dusdanig gereconstrueerd dat er ook
binnen rond gelopen kan worden. Na nog even een opmerking in het gastenboek te hebben geschreven, wandelen we op ons gemak terug naar de camper. Die stond de hele tijd pal in de zon en is op sauna
temperatuur.
We rijden nog 15 km door en vinden in Portel een prima (nieuw aangelegde) camperplaats op een rustige plek en toch vlak bij het centrum. We vinden een pizzeria die open is en gaan daar lekker eten.
Het ziet er uit als een snackbar, maar de pizzaâs zijn uitstekend. Morgen maar eens het kasteel en de rest van het stadje bekijken.
Alentejo
Vrijdag 28 januari 2022. Naar Alentejo
Vandaag, na dik 3000 kilometer zijn we precies een maand onderweg en op de helft van onze reis. Wat hebben we al veel gezien en gedaan. Vandaag een rustig dagje. Voordat we vertrekken even een
rondje door het oude centrum van Alcochete. We wandelen de boulevard helemaal af en komen een oude kerk tegen, de pier en een gedenksteen voor de beroemdste fadozangeres van Portugal: Amalia
Rodrigues. In de smalle straatjes zijn mooie huizen te bewonderen. De terrassen staan al klaar, de was hangt buiten te wapperen en de winkeltjes hebben hun waren op de stoep uitgestald. Het is een
frisse wind vanochtend, maar wel weer volop zon. Na dit rondje stappen we op en gaan weer een eindje verder rijden. We verlaten de regio Lissabon en rijden Alentejo in. Uitgestrekte landerijen met
olijfbomen, kurkeiken en langs de wegen eucalyptussen, naaldbomen, steeneiken en verder kale velden komen voorbij, af en toe een wijngaard. We zien ooievaars op hun nesten langs de kant van de weg.
Om 12.00 uur gaan we bij de Lidl In Alcocer-do-Sal wat inkopen doen en rijden dan 15 km verder naar een stuwmeer: Baragem de Pego do Altar. Er staan drie campers en we kiezen een mooi plekje, in de
zon en aan het water. De stoelen gaan naar buiten en we lunchen op ons gemak: wat een stilte hier. Na een tijdje lezen gaan we toch weer even op pad. Een rondje van 4 kilometer om een gedeelte van
het meer heen. Af en toe moeten we wat hindernissen nemen: twee keer een ketting over het pad en twee keer een hekwerk openen en sluiten. We begrijpen uit de bordjes dat dit ook een jachtgebied is.
Na nog even bij het restaurantje gekeken te hebben (helaas sluiten ze al om 16.00 uur!) komen we weer bij de camper terug en zitten we buiten tot de zon achter de heuvel is verdwenen.
Zaterdag 29 januari 2022 Naar Comporta
Geen blaffende honden, autoverkeer of kerkklokken in de verte, die een soort âzie ginds komt de stoombootâ klepperen elk uur; helemaal niks van dat alles. Stikdonker en muisstil. Uitstekend
geslapen dus. Als de zon opkomt wordt het meteen goed van temperatuur. We rijden de 15 km terug naar de Intermarché in Alcacer-do-Sol. De was moet weer gedaan, we tanken diesel en gebruiken de
camperservice. We twijfelen of we hier al rondgewandeld hebben dus parkeren we net aan de overkant van de rivier de Sado en gaan op pad met een plattegrondje. Meteen herkennen we de brug die we
oversteken. Gewoon nog een keer; het was in 2018 dat we hier ook waren en een klein rondje maakten. Mooie witgekalkte huizen met rode daken met op de achtergrond het kasteel op de heuvel en de
rivier die ervoor langs stroomt. Aan de boulevard zijn de terrassen al in trek. We maken een rondje via een kerk, een oud klooster, de ruĂŻnes van het kasteel (waar nu een pousada is gevestigd), wat
archeologische opgravingen en een wasplaats. Via de tweede brug gaan we terug. Tijd voor de lunch: lekker in de zon op een bank naast de camper. Dan gaan we door naar Comporta weer richting de
kust, waar de Rio Sado in de oceaan uitmondt. De weg er heen staat vol met âbroccoliâ- bomen en het lijkt erop of we door duingebied rijden. Onderweg maken we nog een tussenstop bij Carrasquiera,
een gehucht van niks aan de rivier, maar wel weer in een moerassig gebied met rijstvelden, Ă©n er staat een verrekijkertje op de kaart. Wat we hier zien is werkelijk uniek. Er is een mooie
loopbrug/steiger gemaakt, zoân 300 meter lang, met verlichtingslampen, en links en rechts zijn tientallen zelf geknutselde, in elkaar geflanste, gammele constructies gemaakt, waar vissersbootjes
kunnen aanleggen. Het is een woud van palen. latten, planken en ander materiaal. Verschillende zijn ingestort. Hier en daar een hutje erop en er zit zelfs een visser zijn schelpdieren te verkopen.
Er zijn meerder mensen die hier nieuwsgierig komen kijken. Aan de andere kant, in de rijstvelden zien we dan opeens grote groepen zwart ibissen. Wat een cadeautje!
Nog 5 km verder rijden en we zijn op een groot plein in Comporta. Er staat nog 1 camper. Prima rustige plek voor vannacht.
Zondag 30 januari 2022 Comporta en omgeving
De ochtend begint wat bewolkt. Als we ons opmaken voor een wandeling in de omgeving horen we al geklepper. We lopen eerst het dorp door en we zien tientallen nesten met ooievaars. Op elke toren,
dakrand, hoge muur, stroompaal en schoorsteen zijn nesten te zien. Op de kerk zitten er 3. We lopen het dorp uit en de rijstvelden in over smalle paadjes en langs een brede sloot. Na 1,5 km slaan
we af een bruggetje over. Dit is het pad naar het strand. We beklimmen een hoog duin en lopen dan nog zoân 600 meter door dit mooi begroeide duingebied tot we na nog een kleiner duin het strand
bereiken en de zee zien. Via het stand gaat het dan weer richting Comporta. We komen een man tegen die aan een lange lijn in zee een soort houten kratje meesleept. Nart gaat vragen wat hij doet:
Hij probeert op die manier vissen te vangen. Als we bij de opgang naar het strand van Comporta aankomen zien we een mooi aangelegd vlonderpad, twee paviljoens met grote terrassen, toiletten,
douches, kleedruimtes en een zeer ruime parkeerplaats. Heel netjes allemaal; we denken dat het âs zomers hier wel eens erg druk kan zijn. Het strand is er lang en breed genoeg voor. Het laatste
stukje gaat via de weg. We passeren een rijstmuseum met restaurant; ziet er chique uit! Terug in het dorp zien we de nodige visrestaurantjes links en rechts. Voor vanavond?
In de middag willen we naar de uiterste punt tegenover Setubal rijden. Er is daar een Romeinse opgraving met de naam Troia. We zien dat het complex, met informatiecentrum en museum, alleen in de
zomer is geopend, maar misschien kunnen we een eind te voet er naartoe. Mooi niet dus. Er staat een slagboom voor en de weg er naartoe is dusdanig aangelegd dat je nergens kunt parkeren. Helemaal
op het einde van de landtong is een vakantieresort, met flatgebouwen, bungalows en appartementen gebouwen. Er is een grote supermarkt, een golfbaan en een jachthaven. We rijden er langs, maar
campers mogen er niet stoppen. Dan een eindje terug naar de veerboot. Ook daar kunnen we niet kijken want meteen bij de afslag moete je al een ticket voor de veerboot kopen. Dan maar naar plan B.
Aan de andere kant van Comporta naast de rivier is ook nog een groot gebied met rijstvelden. We rijden naar het gehucht Possanco en parkeren daar aan de doorgaande weg. De rest gaat te voet over
een onverharde weg. Meteen zien we de rijstvelden, die bevolkt worden door grote groepen ibissen, meeuwen en gruttoâs. Elke paar minuten vliegen er grote zwermen ibissen over onze hoofden die
vervolgens weer neerstrijken vlak voor ons en aan het foerageren gaan: het zijn er duizenden! Met open mond bewonderen we het spektakel. En maken fotoâs en filmpjes. Een eind verder staan ook zoân
20 ooievaars op de uitkijk en ook reigers zijn van de partij. Blijkbaar is dit zeer voedselrijk water. Via een zandpad en een asfaltweg gaat het weer terug naar de start. Wat een geluk dat de
Romeinse opgravingen dicht waren! We hadden dit waarschijnlijk dan niet gezien. We zijn bofkonten! Tegen 7 uur lopen we het dorp in op zoek naar een visrestaurant. Ik had er al een paar via google
bekeken. De eerste is gesloten wegens vakantie. Bij de volgende brandt een groot vuur buiten⊠die dan maar? Nee eerst nog even verder kijken, maar we vinden niks anders. Veel restaurants gaan om
half 6 dicht. Dan toch maar die ene. We worden hartelijk ontvangen en komen in een soort serre te zitten, die nu helemaal is afgeschermd. Op de tv is te zien hoe de Portugezen vandaag hun stem
hebben uitgebracht om een nieuwe regering te vormen. Alle tafeltjes zijn bezet. We eten er heerlijke visschotels (kabeljauw en sardientjes) en babbelen tussendoor ook met de serveerster die net 2
jaar geleden is terug gekomen uit Zwitserland en na 30 jaar maar moeilijk weer kan wennen.
Maandag 31 januari 2022 Naar Carvalhal.
We rijden 11 km verder zuidwaarts, nadat we wat boodschappen hebben gedaan bij de buurtsuper. In dit kustgebied zijn voornamelijk kleine dorpjes te vinden, dus ook geen Lidl, Intermarché of
Continente. We komen op een spiksplinternieuwe camperplaats uit, compleet met ooievaars die ons luid klepperend begroeten. Aan alle kanten zien we nesten en horen we geklepper. Er wordt trouwens
overal om ons heen flink gebouwd. We pakken de rugzakken in en gaan op pad. Nu eerst richting het strand, dat we een kilometer of 2 noordwaarts volgen. Dan een pad door de duinen dat ons, met de
schoenen vol met zand, naar de rijstvelden voert. Het weer is lekker warm en zonnig en we kuieren op ons gemak door de velden. Het is wel even opletten, want niet overal zijn doorgangen en
oversteekjes. We zien natuurlijk weer van alles: ooievaars, ibissen, strandplevieren, roodborsttapuiten, goudplevier, grote en kleine zilverreigers, zwarte spreeuwen, een bruine kiekendief, een
kneu en als klap op de vuurpijl twee groepjes lepelaars. Nart is er aardig wat tijd mee bezig om verschillende vogels te identificeren die hij heeft gefotografeerd.
Dinsdag 1 februari 2022 Camping in Laguna de Santo André
Terwijl in Nederland de storm weer wat is gaan liggen en de Gemzen weer aan de wandel kunnen beginnen wij aan de zoveelste zonnige dag. Aan de zuidkust schijnt het niet zo mooi te zijn dus
voorlopig blijft de Algarve nog even uit beeld. We rijden vandaag naar een camping aan de lagune van Santo André. Wel via de Lidl Grandola, waar we flink inslaan voor de komende dagen. Om 11.30
zijn we op de camping en we kunnen zelf een zonnig plekje uitkiezen. Er is plaats genoeg en we installeren ons met stoeltjes en tafel buiten. We hebben direct zicht op de lagune, alleen zit er een
hek tussen. Wat een rust hier: in de verte zien we flamingoâs en ook fladdert er van alles rond. Op ons gemak lunchen, even wat lezen, lekker een douche nemen en dan toch maar weer op pad naar het
strandpaviljoen. Eerst via een onduidelijk paadje langs het water, maar dat loopt vast in het riet. Even terug dan en het laatste stukje via de weg. Het is voor ons bekend terrein. Een paar jaar
geleden hebben we op de strandparking overnacht na een wandeling naar Melides. We gaan even wat drinken op een van de terrasjes, waar bijna alle tafeltjes bezet zijn. En dan kuieren we op ons gemak
weer terug om nog wat te lezen op ons privéterrasje. We houden het hier wel even vol.
Woensdag 2 februari 2022. Wandeling vanaf de camping
Alweer een zonnige dag. Om 9.30 uur zijn we startklaar voor een wandeling van 12 km. Die loopt langs de lagune en een stuk door het binnenland. Onderweg zien en horen we heel veel vogels. De hop is
voortdurend te horen en we krijgen hem ook een paar keer te zien. Verder wemelt het van de roodborsttapuiten, putters en leeuweriken. We komen door een klein gehucht, door duingebied met veel
kurkeiken, weilanden en rietland. Het is maar goed dat we een gps bij ons hebben want aan de aanwijzingen en het kaartje in het wandelgidsje hebben we niet veel. Ook de aanwijzingen in het veld
(rood-geel) ontbreken of zijn niet meer te zien. Het is dan ook een vrij oude wandelgids. Een groot gedeelte van het gebied, direct grenzend aan de lagune, blijkt nu een nationaal ornithologisch
telstation te zijn. Verboden toegang voor ons. We moeten daarom de wandeling wijzigen door voor dit gebied langs te lopen in plaats van er dwars door. Bij een mooi vogel- infobord houden we een
rustpauze met lunch. Hier kunnen we de oorspronkelijke wandeling weer oppikken. Op het water zijn wat vissers bezig met hun netten. Er staan bakken vol met krabben aan de waterkant. Het pad gaat
hier tussen het hoge riet door. We spotten nog een hele massa meerkoeten, aalscholvers, een groep lepelaars en wat reigers. Een zeer vogel-rijke wandeling. En geen mens tegengekomen. Terug op de
camping zitten we nog een tijdje in de zon tot die tegen vieren, achter wat wolken verdwijnt. Morgen maar weer een eindje verder. Er is nog zoveel te zien.
De kust bij lissabon
Zondag 23-01 2022 Naar Praia Foz do Sizandro
Voor de 2e keer deze reis een waterballet op de vroege ochtend. Na dweilen en speurwerk blijkt de aansluiting naar het waterpompje afgebroken. Lijmen wil niet. Dan een nieuw gat in het
afdekplaatje gemaakt om de slang door te voeren. Dat werkt (voorlopig) goed. Wat is mijn lief toch een slimme knutselaar! Ondertussen zijn de windhondenraces alweer van start gegaan op een smalle
strook naast de rails. Er staat een wachtrijâŠ
We zetten onze bestemming in de navigatie, zoân 40 km en gaan op weg naar de kust: Foz do Sizandro. De Sizandro is een rivier die daar in zee stroomt. De laatste paar kilometer kiest onze MIO heel
eigenwijs smalle onverharde weggetjes; maar we komen op onze bestemming. Wat een mooie plek. Er staan al wat campers, maar we vinden vlak naast de officiële plaats nog ruimte genoeg. Er gaat een
houten voetgangersbrug naar de overkant van de rivier en loopt over het strand helemaal door tot het volgende dorpje Praia Azul. De golven zijn woest en hoog en diverse surfers doen hun best. Nart
stippelt een rondwandeling uit en na de lunch gaan we op pad. Eerst via die brug over het strand en dan het duingebied in. We komen zelfs langs een vogelkijkhut, maar dit lijkt meer een grapje. Het
gaat een eind landinwaarts, door glooiende velden met gele Oxalis en valse kamille. Er staan veel rietstroken tussen de wijngaarden en wilde akkers. We lopen door tot aan het volgende bruggetje en
passeren daarna wat bewoonde landweggetjes waar we steevast door woest blaffende honden, (gelukkig achter hekken) worden verwelkomd. Het laatste stuk gaat over asfalt, omhoog en omlaag om tenslotte
weer bij parkeerplaats van de praia uit te komen, waar het inmiddels tamelijk vol staat met dagjesmensen. Het is druk op de loopbrug. Aan het eind van de middag vertrekt het ene gezin na het andere
en uiteindelijk blijft er maar een handje vol campers (waarvan 1 Nederlandse) achter om hier vannacht te blijven. Het enige barretje dat er is, sluit bij zonsondergang. Op het geluid van de woeste
golven na, wordt het een rustige nacht.
Maandag 24 januari 2022 Naar Praia SĂŁo JuliĂŁo
Als eerste gaan we naar de Intermarché in Ericeira ,via een half verharde hoog op de rotsen gelegen kustweg. De uitzichten zijn fenomenaal. Er moet weer een was worden gedaan. Helaas is bij dit
filiaal de grootste wasmachine buiten werking. Dan maar een kleinere en wat vuile was bewaren tot de volgende gelegenheid. 40 minuten later is dat ook weer klaar en gaan we nog even de LPGtank
volgooien, tenminste dat is de bedoeling, maar we komen er niet achter wat het juiste koppelstuk is. Nart gaat het navragen bij de kassier, maar deze is niet bereid te helpen. âZoek het zelf maar
uitâ, is de boodschap. Dan maar een volgend adres opzoeken op de myLPG.eu-app. Maar niet vandaag.
We gaan een korte rit maken van 20 km naar Ă©Ă©n van de vele praiaâs waar we hopelijk kunnen parkeren om te wandelen. De eerste twee parkings zijn afgesloten met een hoogte barriĂšre. Die bij Foz do
Lizandro kunnen we op, alleen mogen we hier niet overnachten. Het stikt er van de surfers. We maken een korte wandeling over het strand en de kliffen en gaan via een voetpad langs de weg weer
terug. Dan door naar praia SĂŁo JuliĂŁo. Hier is een grote zandvlakte, net achter de rotsen en vlak bij het strand, waar we mogen staan en overnachten. Er staat een handje vol campers, de meesten
zijn kleine busjes met surfplanken op het dak. De kust hier is vanwege de (meestal) hoge golven, erg populair bij surfers. We maken een wandeling omhoog naar de kliffen, lopen een km of 3 en gaan
dan via de weg terug, waarbij we even aanleggen bij een cafeetje genaamd âGota dâalcoolâ. Het is goed toeven op het terras met uitzicht op het strand beneden en de surfers in de golven. Het is een
zeer rustige nacht.
Dinsdag 25 januari 2022 De Sintra- regio
We gaan vandaag een rit langs diverse stranden maken, met ter plekke wandelingen. De eerste stop is Azenhas do Mar, een dorp dat tegen de rotsen aan hangt, met een piepklein zandstrandje en een
zeewaterzwempoel. We lopen de kleine straatjes door, bewonderen de vele molenstenen en een watermolen. Als we omhoog geklommen zijn via een traptredenpaadje hebben we ver zicht, tot aan Ericeira.
Dan komt, na een kilometer of vijf Praia das Maças. Het heeft een wat groter strand en een groter zeezwembad. We zien ineens een elektrisch trammetje aan komen rijden en stilhouden bij het
eindpunt. HĂ©, rijdt deze niet alleen in de zomer? Ik kijk even op de tijdtabel en zie dat hij om 11.30 uur naar Sintra vertrekt. Dat is over 5 minuten. Snel pakken we onze rugzakken in met het
lunchpakket (dat we âs morgens al klaarmaken) en een fles water. We kopen een kaartje bij de conducteur ĂĄ ⏠2,00 p.p. Er kunnen 20 personen mee, maar wij zijn de enige passagiers. De tramlijn stamt
uit 1910. Hij is elektrisch, dus je zou verwachten dat hij vrij geruisloos rijdt. Nou echt niet! Drie kwartier lang knarst, piept, kraakt en schuurt het ding over het spoorlijntje naar boven. Maar
het is leuk en er is veel te zien. De conducteur bedient alle hendels met gemak en bij elke zijweg, oversteek, uitrit of bekende stampt hij met zijn voet op de bel. Hij is duidelijk trots op wat
hij doet. We passeren 6 tussenstations, w.o. Colaris en Monte Santos. De eindhalte is midden in Sintra, vlak bij het trein station. Om 14.00 uur is de rit terug en in de tussentijd lopen we naar
het historische centrum. We weten dat wandelen door deze stad gepaard gaat met veel klimmen en dalen; beboste ravijnen doorsnijden de stad. Er staan fantastische paleizen en villaâs en musea. We
waren hier 10 jaar geleden al eens en hebben toen alle bezienswaardigheden uitgebreid bekeken. We wandelen richting het Palacio National de Sintra, waar een hele rij tuk-tuks klaar staan om
toeristen te vervoeren van het ene deel van de stad naar het andere. Na een rondwandeling (pfff⊠al die trappen!) komen we achter het station weer uit en eten onze lunch aan de rand van een klein
parkje. Scholieren zijn er bezig om hele pizzaâs weg te werken. Blijkbaar is er een Dominoâs om de hoek. Door een winkelstraatje lopen we weer terug en leggen nog even aan bij een pastelleria voor
een kop thee (en toiletbezoek). Precies om 2 uur komt ons trammetje aangeknarst. De banken worden omgeklapt ( voor en achter zit besturing) en we rijden, dit keer met nog 4 andere passagiers en een
hond, de route weer terug. Remmen is het belangrijkste wat de conducteur nu doet: ijzer op ijzer afremmen! Als we weer bij de camper zijn, piept het nog na in de oren. Dan gaan we achter LPG aan.
In Terrugem vinden we een garage met LPG -unit die ons behulpzaam is. De Spaanse adapter blijkt de juiste te zijn. Nart kijkt nog een keer goed hoe het moet.. en we kunnen weer door. Volgens de
Park for Night-app is er 8 kilometer verder een nieuwe camperplaats met service; niet veel uitstraling, maar genoeg voor vannacht. Er is wel zicht op het paleis van Mafra, heel in de verte. We
kijken even op Narts website of daar al eens waren. Ja dus. Soms vergeet je wel eens iets.
Woensdag 26 januari 2022 Lissabon voorbij
Het lijkt ons schitterend om in dit gebied nog wat te wandelen. Hemelsbreed is het 3,5 km naar Mafra, maar over de weg 13. We rijden naar Mafra en parkeren pal naast het paleis, waar een prima plek
is voor 7 campers; dat vinden we wel wat weinig. We lopen bij de toeristeninfo binnen om te vragen naar uitgezette wandelingen in de omgeving. De dame kijkt ons verbaasd aanâŠ.nee die zijn er niet,
veel te moeilijk. We kunnen wel in het parkje achter het kasteel wandelen en 6 km verder op is een soort natuurpark, (Tapada Nacional) met een centrum voor het herstel van de Iberische wolf. We
besluiten dit voor een volgende keer te bewaren en gaan op weg naar Odrinhas. Uit onze gids: âComfortabele camperplaatsenâ (dwz met douches, toiletten en andere luxe) hebben we deze uitgekozen om
even een dagje rust te nemen. Helaas! We komen voor een dichte poort te staan: deze plek is er niet meer, gewoon opgeheven. We kiezen ter plekke een ander dagdoel. 40 km doorrijden naar het zuiden
en we zijn Lissabon voorbij en aan de overkant van de Taag. Via brede snelwegen, tientallen rotondes en even zoveel op- en afritten steken we via een mooie brug de Taag over. In Corroios vinden we
een prima plek bij een parkje en naast een woonwijk. Het ziet er rustig uit. In de middag lopen we richting een soort moerasgebiedje, waar mogelijk watervogels te zien zijn. We moeten hiervoor wel
aantal drukke straten door en over. Dat zijn we niet meer gewend: zoveel verkeer. (Portugezen zijn sowieso wegpiraten, niemand houdt zich aan de maximum snelheid en ze racen rotondes over en dorpen
door). Na twee kilometer zijn we bij dat gebied. De paden erdoor zijn echter niet toegankelijk, maar we vinden wel een klein museumpje naast een drooggevallen binnenwater. Er is van alles te zien
op de slikken ( we zijn een verrekijker vergeten) en in het museum legt de beheerder ons van alles uit over de getijde-molens die hier langs de kust te vinden zijn. Het zijn er meer dan 40. Een
stukje geschiedenis en werktuigen geven ons daarbij informatie. De man spreekt wat Engels en als we zeggen dat we Nederlanders zijn, weet hij te vertellen dat zijn neef al 30 jaar in Den Haag
woont. Hij zwaait ons uit met :âbedankt voor het bezoekâ, en âDoei!â. We krijgen nog wat folders toegestopt en we kijken nog een keer buiten rond. In de verte zien we nu ook flamingoâs. Dan gaat
het weer terug naar de camper, waar we mogelijkheden bekijken voor het vervolg morgen.
Donderdag 27 januari 2022 Door de Taag-delta
We stippelen een route uit door de Taag-delta, waarbij we steeds zo dicht mogelijk langs het water willen rijden. Op de Maps.me-app zien we waar wandelpaden door moerassig gebied lopen. Dan nog een
parkeerplaats er in de buurt erbij zoeken en we kunnen gaan. De eerste stop is Seixal, precies aan de andere kant van de baai. Aan het einde van de mooi aangelegde boulevard parkeren we en wandelen
een eind terug. In een foldertje, dat we gisteren kregen van de baas van het molenmuseum, zien we dat er hier een kurkmuseum/werkplaats moet zijn. We kunnen het niet vinden. Wel hebben we steeds
mooi zicht op de brug (Ponte 25 Abril) over de Taag en het grote Christus Koning-standbeeld, de vele boten en de bedrijvigheid aan de kade. Dan rijden we verder om de volgende baai heen en komen
uit in Barreiro. De parking is vlak bij het strand en de wandelroute gaat dwars door een moerasgebied met diverse loopbruggen. Hier zien we van alles en nog wat aan watervogels o.a.:
groenpootruiter, bontbekplevier, bonte strandloper, steenloper, drieteenstrandloper, kanoet en witgat. We picknicken vervolgens op een bankje aan het strand, heerlijk in de zon; de temperatuur
loopt aardig op. Aan de oostkant van deze landtong, bij Alhos Vedros is ook weer zoân gebied dat met de getijden te maken heeft. Ook hier staan diverse oude getijdemolens en een schitterende plas
waar we helemaal omheen kunnen lopen. Flamingoâs zien we van dichtbij en we ontdekken wat kleine vogeltjes, die steeds in groepjes voor ons uit fladderen. Nart kan ze vastleggen en later terug in
de camper, komen we na wat zoekwerk, via Google Lens en Wiki, tot de conclusie dat het St. Helenafazantjes waren. Daar hadden we nog nooit van gehoord. Ook zien we de daar de tjiftjaf, steltkluut,
grutto, tureluur, krombekstrandloper en kleine zilverreiger. Nart zijn dag kan niet meer stuk! De eindbestemming vandaag is Alcochete. Hier vertrekt ook een veerboot naar Lissabon. We zijn
inmiddels ook de tweede, zeer lange brug ( Ponte Vasco da Gama) voorbij, die de Taag overspant. We vinden een prima plekje op een kleine parking, pal aan het water en genieten nog een tijdje van
het hele gebeuren. Er zijn mensen aan het zoeken naar schelpdieren in de (nu) modderige oever, bootjes varen voorbij, en mensen flaneren langs de boulevard en het kleine strandje. Als de zon
prachtig is onder gegaan, wordt het rustig; alle autoâs zijn verdwenen. Wat een schitterend gebied hier!
Midden Portugal
Dinsdag 18 januari 2022 Naar Mira de Aires
We blijven nog even in deze contreien; het weer is uitstekend en er is van alles te zien en te wandelen. Uit het gidsje van het toeristenbureau kiezen we een wandeling die begint bij de kerk in
Mira de Aire. Na even zoeken vinden we een parkeerplaats. Al gauw zien we de bewegwijzering die perfect blijkt te zijn. Bij elke bocht of hoek staat de richting goed aangegeven. We volgen de PR12:
âRota da polje mira-mindeâ. Het gaat eerst in een sterke daling omlaag en wat later lopen we tussen stukjes land vol met rotsen en wilde begroeiing door met hier en daar nog een hutje. Steeds zien
we de brede, hoge, begroeide bergrug met wat boompjes op de bovenste rand. We komen bij een verhoogd uitzichtpunt met wat watertjes. Hier in dit karstgebied zijn geen rivieren te zien, die stromen
alleen ondergronds. Er staan hele rijen met de Azariooldoorn. Na wat weitjes met vee erop stoppen we even bij een paar grote keien om onze meegebrachte broodjes op te eten. Langs de paadjes zijn
veelal stenen stapelmuurtjes die door de landeigenaren van het land zijn gehaald. De route gaat met een grote boog terug naar het centrum, maar wel met nog wat flinke klimmetjes en afdalingen. Een
hele prettige wandeling van zoân 3 uur.
We rijden dan naar de camperparking, die net buiten het dorp en vlak bij de grotten ligt. Een mooie ruime, rustige plek. We lopen vervolgens 500 m terug om de grotten te gaan bezichtigen. Die zijn
spectaculair en behoren tot de zeven âwereldwonderenâ van Portugal. We krijgen eerst een video te zien met uitleg van de ontdekking van dit ondergrondse gangenstelsel in 1947. Vervolgens gaan we
met een gids en 3 andere geĂŻnteresseerden de grotten in. De ingang ligt op een hoogte van 300 meter, maar onder de grond dalen ze tot een diepte van 180 meter. Ze zijn 150 miljoen jaar geleden
ontstaan in de tijd van de dinosaurussen, die hun sporen in de bodem hebben achter gelaten. De gids toont de vreemde kalkstenen vormen die door de jaren heen zijn ontstaan. De verlichting met
gekleurde lampen benadrukt de vormen van de stactieten en stalagmieten. Er is een waterval die in de ondergrondse Rio Negro stroomt en in een meer uitkomt. Op het eind laat de gids nog wat zien van
een watershow, maar de muziek- en lichtshow die in een folder staat aangekondigd blijft uit. We hoeven de bijna 700 traptreden niet weer omhoog te klimmen: er is een lift. Een schitterende
belevenis en een aanrader!
Woensdag 19 januari 2022 Grotten en naar Alcobaça
We zijn in de Bairro-streek, tussen Fatima en Torres Novas. Alweer een stralende dag, het kan niet op. Bij toeval lezen we in het wandelgidsje, dat hier bij een monumentje van een dino een
wandeling begint. Om 10.00 uur staan we bij de ingang van het terrein genaamd âPedreira do Galinhaâ, een voormalige steengroeve, waar in 1994 zoân 20 sporen van Dinosaurussen zijn ontdekt (de
langste is 147 meter). Een zeer belangrijke ontdekking, die 2 jaar later het predicaat ânatural monumentâ kreeg. Er ligt hier een record aan fossielen uit het Jura-tijdperk (168 miljoen jaar
geleden). Bij het bezoekerscentrum krijgen we een foldertje mee van de 2 kilometer lange tocht rondom en over het terrein.. Op diverse punten zijn ÂÂÂÂÂÂÂÂÂÂinformatietableau âs en is er zicht over
de bergachtige omgeving en het gebied met de sporen. Er lopen lange vlonderpaden dwars doorheen, zodat je dichtbij de voetafdrukken kunt komen. De informatie is duidelijk en interessant.
Onvoorstelbaar hoe lang geleden hier die kolossale dieren hebben rondgewandeld. Het is zeer indrukwekkend. Tot slot bekijken we nog de video, die alleen in het Portugees is en al aardig gedateerd.
De lange wandeling die hier begint, bewaren we voor een volgende keer.
We rijden naar Ourém, waar we het kasteel willen bezoeken; het ligt hoog boven de eigenlijke stad. We krijgen echter op alle toegangswegen een breedtebeperking te zien, dus blijft dit kasteel voor
ons onbereikbaar. Na wat ronddwalen om op de juiste weg te komen (onze gps doet raar) bereiken we uiteindelijk toch de weg via Fatima en Batalha naar Alcobaça. Een slingerweg door prachtig
bergachtig landschap. Halverwege maken we een lunchstop en om 14.30 uur bereiken we de mooie camperplaats in Alcobaça, gelegen in een net park, de voormalige stadscamping, vlak bij het centrum.
Alle voorzieningen zijn er, zelfs gratis wifi. Een uurtje later stappen we op voor een rondje door het centrum. We waren hier al eerder en bezochten toen uitgebreid de grootste kerk van Portugal:
Mosteiro de Santa Maria, daterend uit de Middeleeuwen. We komen langs de rivier de Baça, waar de muur vol zit met kleine kastjes waar liefdesbriefjes in kunnen worden gelegd. De tuin eromheen heet
dan ook Jardim do Amor. Via de imposante kerk gaan we op zoek naar het kasteel iets verder op. Natuurlijk eerst een flinke klim. Helaas blijkt het een ruĂŻne te zijn, waar nog maar een paar muren
van overeind staan. Wel is er mooi zicht op het Mosteiro. Dan weer naar beneden, door aardige straatjes en pleintjes. Even bij een bakker naar binnen voor wat broodjes; tot onze verrassing krijgen
we antwoord in het Duits van de dame achter de toonbank. Ze blijkt een Zwitserse te zijn en ze vertelt het een en ander over haar dialect. Er kan contant betaald worden via een soort geldmachine.
Biljet erin, wisselgeld eruit. Heel hygiënisch! Dat zouden ze bij Bakker Bart ook moeten hebben.
Terug bij de camper genieten we nog even van de zon totdat die achter wat gebouwen verdwijnt.
Donderdag 20 januari 2022 Wandeling en verder langs de kust naar Foz de Arelho
Oei, het was koud vannacht; we worden wakker met koude voeten. Het blijkt rond het vriespunt te zijn geweest. Toch, als de zon zich laat zien, stijgt de temperatuur meteen snel. We vullen de
watervoorraad aan en net als we willen vertrekken horen we kabaal: een Fransman heeft bij het uitdraaien van het pad een palmboompje gevloerd en er klink een luid âmerde!â. Met aanwijzingen van
mede-camperaars krijgt hij zijn camper weer recht op het pad. We gaan op weg via de Lidl om de voorraad levensmiddelen aan te vullen voor de komende dagen.
We rijden naar een parkeerplaats hoog boven de kust en net buiten St Martinho do Porto en pikken daar de wandeling van vandaag op. Het gaat in noordelijke richting met telkens prachtige uitzichten
op Nazaré over de baai. De zee ligt diep onder ons. We zien velden vol Oxalis-bloempjes en grote rietstroken. Geregeld zien we zwarte roodstaarten en roodborsttapuiten. Het brede pad wordt smal en
komt uit bij een kleine zanderige parkeerplaats. Dit is het meest noordelijke punt van de wandeling en we eten hier onze broodtrommel leeg. Het vervolg gaat wat verder landinwaarts terug en komt
uiteindelijk beneden in het centrum aan het strand uit. Net daarvoor bekijken we nog even de Igreja Matriz met mooie azulejos tegels. Na een bocht in de baai gaat het stijl omhoog naar een kleine
kapel en wat later en na nog wat klimwerk zijn we weer terug bij de straat waar we de camper hebben achter gelaten. Een prachtwandeling weer!
15 km naar het zuiden vinden we een grote camperparking pal aan het strand van Foz do Arelho. Dit ligt aan een grote baai praktische afgesloten van de zee. We kunnen er op de eerste rij staan, want
het is niet druk. En om meteen de vraag van Leny te beantwoorden: tot nu toe zijn we maar heel weinig Nederlanders tegen gekomen. De meesten zijn Portugees of Frans. Maar ja we zijn ook (nog) niet
in de AlgarveâŠ..
Vrijdag 21 januari 2022 Wandeling langs de lagune.
Om 9.15 uur staan we al in de startblokken voor een wandeling helemaal om de lagune heen. We vermoeden dat het zoân 25 km zal zijn. De lucht al weer strak blauw. We zien op de kaart dat er bij de
opening naar zee, overgestoken kan worden (bruggetje of via het strand?), dus eerst maar die kant op. Eerst langs de boulevard en dan het strand op. Er racen diverse strandpleviertjes over het zand
en enkele vissers werpen hun hengels uit. Dan staan we ineens voor een stroom waarvan het lijkt of de lagune leegloopt: het wordt eb, alleenâŠdat duurt nog even. Ik zie op een getijdentabel dat het
pas over 1 uur laagwater is. Geen overtocht dus. Hier valt ons plan letterlijk in het water. We hebben geen zin om een uur te wachten tot we kunnen oversteken. Dan maar terug en de andere kant op.
Zo lopen we om half 11 de camperplaats voorbij en zijn we terug bij af. Er ligt een mooi wandelpad langs een groot deel van de lagune; we komen verschillende wandelaars tegen en op het water zijn
vissers in hun bootjes druk bezig met hun visserstuig. Op de zandbanken die nu ontstaan, wordt driftig in de grond gepeuterd naar schelpdieren. Meeuwen scharrelen hun kostje bij elkaar en we zien
een groenpootruiter op een paaltje op 1 poot staan. Als we op het einde van een uitloper van de lagune zijn, zoeken we een plekje voor een lunchpauze. Omdat we nu de ronde niet kunnen afmaken (als
we weer bij zee zijn, is het alweer vloed aan het worden), besluiten we het rondje door het dorp Nadadouro bovenlangs af te maken. Behalve een kerkje en een restaurantje is er niet veel te zien.
Tussen het dorp en de lagune liggen wat luxe bungalows en zo te zien wordt er ook nog flink gebouwd. Om half 3 zijn we dan weer terug bij de camperplaats. We blijven nog een nachtje hier, ât bevalt
prima. Omdat er uitstekende wifi is kijken we âs avonds weer eens het Nederlandse journaal (wat een zootje met The Voice!) en kan ik precies de finale van De slimste mens bekijken.
Zaterdag 22 januari 2022 Wandeling bij Roliça en naar Bombarral.
Stonden we gisteren nog als een van de weinige campers op de voorste rij, we zien dat er gisteravond nog aardig wat is bij gekomen; we staan ingesloten tussen Portugese weekend-camperaars. Het
maakt niet uit, want we gaan weer wat verder.
We rijden naar Roliça en vinden naast een bushalte bij de kerk een parkeerplaats. Hier begint de wandeling van vandaag. Deze keer is het er een met een belangrijke historische achtergrond: Er werd
hier slag geleverd tijdens de Franse overheersing en in 1808 lukte het de Portugese en Engelse troepen ( totaal 15.000 soldaten) om de Franse legermacht van Napoleon (4000 man sterk) bij Roliça te
verslaan. Diverse herdenkings-punten liggen op onze route. Ook lopen we door een, voor de streek, belangrijk agrarisch gebied; appel- en perenboomgaarden en wijngaarden. In de verte zien we een
hoge berg met een groot kruis erop en we maken de grap dat we daar straks zullen zijn. Inderdaad; geen grap. Na eerst een tijdje door landbouwvelden te zijn gelopen en dwars door het dorpje
Colombeira, begint de klim over een dicht begroeide helling met steile smalle paadjes. Halverwege is een plateau waar we een grafmonument ter ere aan een van de gevallen Engelse generaals kunnen
bekijken en na nog wat klimwerk zijn we op het hoogste punt: bij het kruis en het eerbetoon aan de slag bij Roliça. Het uitzicht is fenomenaal! Helemaal tot aan zee kunnen we kijken. Meteen een
mooie plek voor de middagpauze. Aan de andere kant van de berg gaat het dan omlaag, meestal over een brede zandweg. Ook op deze route stonden de geel-rode tekens duidelijk aangegeven. Rond half
drie zijn we terug in Roliça.
We rijden nog een eindje door naar Bombarral, want daar zouden camperplaatsen zijn. De eerste op ons lijstje blijkt te zijn opgeheven: het hele plein ligt op de schop. Dan door naar nummer 2. Die
vinden we vlot, vlak achter een winkelcentrum. Het is een rustige plaats met service, dus prima. We kijken even naar een paar mensen die tussen de parking en de spoorbaan windhonden aan het trainen
zijn. Steeds twee tegelijk moeten het tegen elkaar opnemen. Het is een grote stuifboel. Morgenochtend maar even het centrum inlopen, dan weten we tenminste ook hoe Bombarral zelf eruit ziet.